We hebben in de Nederlandse tweede kamer de zoveelste poging gezien een minister naar huis te sturen en het kabinet te laten vallen. Theater! Het kabinet kan niet vallen want er is geen alternatief. Het was heel moeizaam een regering te vormen, te veel partijen, te veel hobby’s.
Dit leidt niet tot een daadkrachtig bestuur, maar meer de boel bij elkaar houden. Ik heb een aantal verbeteringsvoorstellen.
Na een stemming krijgen alleen de vier grootste partijen zetels in de kamer, de rest moet het na vier jaar nog maar eens proberen.
De fictie dat Kamerleden gekozen zijn als persoon en een eigen partijtje kunnen beginnen als ze ruzie krijgen in hun fractie, wordt afgeschaft. Wie uit de fractie stapt of er wordt uitgezet, verlaat de kamer met uitzondering van diegenen die bij de verkiezing voldoende voorkeursstemmen kregen voor een eigen zetel.
De eerste kamer is verworden tot een sjacherkamer. De kamer heeft geen recht van amendement, het recht wijzigingen in een wetsvoorstel aan te brengen. De gewoonte, te zeggen dat je een wetsvoorstel gaat verwerpen en daarbij een briefje in te leveren met een amendement en te zeggen: als het voorstel zo zou worden veranderd zouden wij voorstemmen, is verwerpelijk. Over voorstellen die de eerste kamer bereiken moet worden gestemd zoals ze zijn. Bovendien moeten de verkiezingen voor de provincies en de eerste kamer samen vallen met de verkiezingen voor de tweede kamer.
Het moet uit zijn met niet uitvoerbare verkiezing- en oppositiebeloften. We sluiten de grenzen voor asielzoekers bijvoorbeeld, hoe wil je dat handhaven? Kinderen gaan vanaf hun tweede jaar verplicht naar school, alle onderwijs is gratis. Van welk geld betaal je dat? De verkiezingen zouden moeten gaan over principiële doelen zoals: loon naar werken of alle inkomens gelijk, de staat is verantwoordelijk voor de burger of wie zijn billen brandt moet op de blaren zitten, de staat is eigenaar van alle bedrijven (kapitaal) of het kapitaal blijft in handen van particulieren die er mee om kunnen gaan.
We hebben betere ministers nodig, ervaren bestuurders. Het gebruik, dat je als Kamerlid kan worden bevorderd tot minister is belachelijk. Het kamer lidmaatschap brengt geen bestuurlijke ervaring, in de kamer is men individueel en in fracties bezig zich te profileren, lees reclame te maken voor zichzelf. Naast Kamerleden hebben we nu ambtenaren als minister, de overstap uit het bedrijfsleven is niet meer mogelijk omdat ministers te weinig verdienen. Maar alle waar is naar zijn geld. Veel zou kunnen worden verbeterd als mensen die (tijdelijk) overstappen uit het bedrijfsleven naar het ministerschap, het salaris houden dat ze verdienden. Ervaren bestuurders zouden de amateuristische aanpak van de hoge snelheidstrein hebben kunnen voorkomen. Als we besloten hadden Franse treinen te laten rijden, zij hebben ervaring, dan reed de trein al jaren en waren er miljarden bespaard.
Veel tijd van ministers en de kamer wordt verspild met relletjes zoals hoeveel een crimineel van zijn in beslag genomen kapitaal 15 jaar geleden terug kreeg en wie daar over besliste. De vraag lijkt van ieder belang ontbloot, er is toch niets meer aan te doen. Het is een relletje, opgeklopt door TV nieuwsprogramma’s die ook al een hoge kijkdichtheid moeten hebben om te mogen blijven bestaan en politici laten geen gelegenheid voorbij gaan zich te profileren. De relletjestijd gaat af van de tijd die beschikbaar is voor het besturen.
Aan initiatieven komen de mensen die de boel bij elkaar houden niet toe. Zoiets simpels als de belasting op spaarrekeningen, die nu 200% van de ontvangen rente bedraagt, als je de inflatie meerekent 300%, te veranderen naar iets dat redelijker is, blijkt niet mogelijk.
Mocht u toevallig bevriend zijn met, of familie zijn van een bewindspersoon, stuur mijn column dan op. Mijn ervaring is helaas, dat bewindspersonen te druk en te vooringenomen zijn om verbeteringsvoorstellen van onbekenden te lezen.
Johannes Tegendraedt