Het communisme als staatsvorm is aan het einde van de vorige eeuw roemloos ten onder gegaan. Het systeem kon de verwachtingen die het wekte niet waarmaken. De Russische arbeider kende een welvaart, die een fractie was van zijn Amerikaanse collega, het communistische en het liberale systeem hadden lang genoeg naast elkaar bestaan om te doen geloven dat dit geen toeval was maar endemisch in het systeem.
Exemplarisch is het verhaal van een bij vergissing in Rusland vertoonde film over General Motors. Op de vraag of de grote luxe Amerikaanse auto’s in eindeloze rijen geparkeerd naast de fabriek klaar waren voor de verkoop, werd in alle eerlijkheid gezegd dat het hier gewoon om de parkeerplaats ging waar de arbeiders van GM hun auto parkeerden waarmee ze naar het werk kwamen. Voor de Russische arbeider die met een gammele bus reisde was dit soort informatie een openbaring.
Intussen is in Rusland het communistische systeem ten onder gegaan maar naar de vrije meningsuiting en een rechtsstaat is nog een lange weg te gaan. De uitgaven voor defensie zijn met 80 miljard dollar onverminderd hoog gebleven voor de kleine Russische economie, maar vallen in het niet vergeleken bij de VS met bijna 700 miljard dollar. Vergelijk Nederland met 12 miljard dollar. Sommige staten noemen zich nog steeds communistisch, maar zijn meer oligarchieën, die niets van de idealen van Karl Marx nastreven. Nazi Duitsland lijkt meer dan Karl Marx een voorbeeld voor het N-Korea van nu.
In Nederland werd de Communistische Partij Nederland verboden. De partij heeft toen haar naam veranderd in Socialistische Partij (SP), de studiereizen naar Rusland en China werden afgeschaft en verder bleef alles bij het oude. Nog steeds moeten Kamerleden van de partij een deel van hun salaris afstaan aan de partij, hoewel wij elders het verkopen van overheidsbanen bestempelen als corruptie. Het verdelen is voor de Socialistische Partij nog steeds belangrijker dan het verdienen, de afgunst is drijfveer nummer één naar gelijkheid. Maar, de mensen zijn niet gelijk, het is niet in te zien waarom ze dan wel een gelijk inkomen zouden moeten hebben.
Ik moet er niet aan denken dat we allemaal gelijk zouden zijn, even groot, even sterk, even mooi, even slim, even ijverig, even (weinig) ondernemend. Wat zou het leven saai worden, en als er dan ook nog niets te wensen valt. Karl Marx dacht, dat zijn maatschappij de arbeider zou opheffen, gelegenheid geven zich te scholen, zich te ontwikkelen, deel te nemen aan de cultuur. De praktijk leerde anders. Alles wat boven het maaiveld uitkwam werd verboden. De communistische staten hadden wel iets gemeen met de katholieke kerk uit die tijd waarover Fons Janssen ooit eens zei: Alles is verboden behalve wat is toegestaan en dat is verplicht. In Oost-Duitsland gold: Die Menschen müssen lernen das zu wollen, was Sie sollen.
Rusland dat in de 19e eeuw veel grote denkers en kunstenaars kende is in de communistische tijd echter vooral bekend door het sterven. Miljoenen boeren moesten sterven omdat zij niet wilden inzien dat zij hun land zonder vergoeding aan de staat moesten afstaan waarna zij als boerenknecht op hun eigen land mochten werken en orders ontvangen van iemand zonder kennis van zaken, die door diezelfde staat werd aangewezen.
Fabrieken van verbruiksgoederen werden zogenaamd bestuurd door de mensen die er werkten. In de praktijk mochten ze een paar keer per jaar bijeen komen om massaal ja te zeggen. Wie het waagde om nee te zeggen kon erop rekenen niet in aanmerking te komen voor een redelijk huis of een plaats bij het voortgezet onderwijs voor zijn kinderen. Als hun een echte keuze wordt gegeven blijken medewerkers vaak weinig over te hebben voor hun bedrijf. Het eigenbelang komt eerst. Piloten en cabine personeel van Air France en Lufthansa zijn zonder scrupules bereid hun bedrijf kapot te staken om verkregen voorrechten te behouden hoewel die in de concurrentie met jongere bedrijven niet te handhaven zijn.
Johannes Tegendraedt